De tram uit Hasselt (B) komt eraan!

Advertentie

'artist-impression' van een mogelijk eindpunt in Hasselt (Illustratie: De Lijn)

De Vlaamse vervoermaatschappij De Lijn heeft de bedrijven geselecteerd die in aanmerking komen voor de aanleg van de geplande sneltramlijn Hasselt-Maastricht vv. en voor de levering van het rollend materieel. Volgende stap is de definitieve keuze van de bedrijven die de projecten daadwerkelijk gaan uitvoeren. Als alles volgens plan verloopt start de bouw van de lijn eind 2021 of begin 2022. Vooralsnog blijft de afspraak om in 2024 te rijden overeind.

In 2004 ontwikkelde De Lijn het Spartacusplan om de Belgische provincie Limburg in de toekomst efficiënter openbaar vervoer te geven. Het was hard nodig om de files, verkeersdrukte en parkeerproblemen in de provincie het hoofd te bieden. Het behelsde voorstellen voor interessante nieuwe ov-verbindingen en verbeteringen van het regionale en gewestelijke openbaar vervoer. Doel was (en is) om een kwalitatief goed alternatief van de auto te bereiken. De ruggengraat van Spartacus is het bestaande spoorwegnet in deze regio. Deze worden aangevuld met drie sneltramlijnen: Hasselt-Maastricht, Hasselt-Genk-Maasmechelen en Hasselt-Neerpelt-Lommel. Ze zullen enigszins te vergelijken zijn met lightrailverbindingen, zoals de Randstadrail in ons land. Als reden voor de keuze noemt De Lijn onder andere dat de sneltram comfortabel is en een grotere capaciteit heeft dan een bus. Bovendien is hij licht van gewicht, flexibel, neemt gemakkelijk bochten en remt snel. Hierdoor kan de tram vlot en veilig manoeuvreren in de stadscentra.. Uiteindelijk is hij ook nog sneller dan de auto door zijn eigen baan, doordat hij niet wordt gehinderd door het overige verkeer en door het feit dat hij buiten de stad even hard rijdt als een trein (maximaal 100 km/h, in de stad zal de snelheid tussen 10 km/h en 35 km/h liggen).

Problemen en oplossingen

De komende achttien tot twintig maanden bepaalt De Lijn – samen met partners van het project – aan wie de aanleg van de lijn wordt gegund. Naar verwachting starten de onderhandelingen in 2021. Tijdens deze periode wordt ook het definitieve tracé door de stad Hasselt vastgesteld. Aanvankelijk was het de bedoeling dat het beginpunt bij het station zou liggen, maar hiertegen rezen bezwaren omdat de tram dan door een nabijgelegen wijk zou rijden. Het gemeentebestuur van de stad ziet meer in een traject via De Kleine Ring.
Er is in de afgelopen jaren trouwens heel wat discussie geweest over het tracé. In Maastricht was het eindpunt gepland bij het NS-station, maar het bleek dat de Wilhelminabrug – die in de voorgestelde route lag – de tram niet zou kunnen dragen. Dus werd een ander tracé gekozen, dat weer bezwaren opriep van Belgische zijde. Nadat deze problemen waren opgelost werd het eindpunt tenslotte – in een bestemmingsplan – bepaald bij Maastricht Mosae Forum. ‘Een echte centrumhalte, op loopafstand van de Markt en dè uit- en opstaphalte voor iedereen die een bezoek aan de Maastrichtse binnenstad brengt’, aldus de gemeente. Frequente busdiensten brengen treinreizigers vervolgens naar het station (toch een doekje voor het bloeden dat de tram hen niet direct naar het station vervoert! Red.).. De nieuwe keuze stuitte weer op tegenstand van omwonenden in Maastricht. Zelfs de Raad van State moest eraan te pas komen met zijn uitspraak dat de gemeente zorgvuldig had gehandeld en dat de bezwaren (grotendeels) ongegrond waren. Het project kom doorgaan!

Hasselt-Maastricht

De totale lengte van de tramlijn wordt 30 kilometer, waarvan 3,8 km. op Nederlands gebied.
Bij Lanaken passeert deze de Belgisch/Nederlandse grens. Op ons grondgebied komen twee haltes. De eerste ligt bij het Sphinxkwartier – waar het gebied met het industriële erfgoed van de oude Sphinxfabrieken een culturele en woonbestemming krijgt. De tweede is de eerder genoemde eindhalte Mosae Forum. In België krijgt de sneltram haltes in Lanaken, Bilzen, Diepenbeek en Hasselt. Hier wordt ook een werkplaats gevestigd. Voor de aanleg van het Nederlands gedeelte hebben het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, de provincie Limburg en de gemeente Maastricht in totaal € 70 miljoen vrijgemaakt.
Opzet is dat de trams twee keer per uur rijden en op zondagen één keer per uur. Naar verwachting zal het reizigersaanbod rond 2030 10.000 reizigers per dag bedragen, van wie 4.200 van en naar Maastricht.

Trams nog ‘open boek’

Voor het exploiteren van Hasselt-Maastricht worden naar verwachting twaalf tramstellen besteld, die elk aan ongeveer 100 zit- en 200 staanplaatsen hebben. De Lijn liet weten dat nog niet bekend is hoe ze eruit gaan zien: ‘Dat weten we pas wanneer de opdracht definitief gegund is en de projectpartners het ontwerp hebben goedgekeurd’.
Na jaren van gesteggel ziet het er nu toch naar uit dat de sneltram tussen Nederland en België er komt. ‘Grensoverschrijdende ov-verbindingen zijn nu eenmaal goed voor de economische ontwikkeling en culturele uitwisseling’, aldus de Limburgse gedeputeerde Hubert Mackus. ‘Met als bijkomend voordeel dat reizen met openbaar vervoer veel beter voor het milieu is dan autoverkeer.

Berichtendienst: Wil jij op de hoogte blijven van onze laatste (nieuws)berichten? Schrijf je dan hier in voor onze berichtendienst.

Disclaimer: Informatie op deze website is met grote zorgvuldigheid samengesteld. Treinennieuws stelt zich niet aansprakelijk voor ontstane schade en verliezen door beslissingen gebaseerd op de gepubliceerde informatie.