Railbus herboren

Advertentie

Een Railbus is een kleine en goedkope trein voor personenvervoer, die werd ingezet op buurtlijnen bij onze Oosterburen. De oude Railbussen lijken veel op bussen, vandaar de naam en zijn meestal donker rood van kleur (DB).
Jarenlang was de zogenaamde ‘Schienenbus’, in het Nederlands: Railbus, een normaal gezicht op de kleinere spoorlijnen in Duitsland. In de jaren ’50 en ’60 werden deze lichte treinen gebouwd als vervanging voor zware stoomtreinen. Dankzij de goedkope productie en exploitatie bleven de spoorlijnen behouden, dankzij de railbus, die anders niet winstgevend waren geweest. Tot aan de jaren ’90 reden deze treinen nog volop, maar de laatste jaren ging het bergafwaarts met de railbus.

Gelukkig heeft uw redacteur er zelf nog ingezeten. Deze foto werd genomen met een Agfa Boxje later vervangen door een vééél betere camera de Agfa Clack.
Tegenwoordig is dit type materieel veel te vinden bij toeristische spoorwegen. In Nederland bevinden zich railbussen bij de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij (ZLSM). Deze is in originele staat en rijdt op het grenstraject tussen Simpelveld en Vetschau in Duitsland. Sinds het voorjaar van 2010 rijdt een railbus van het type VT98.2 bij de Stoomtrein Goes – Borsele.

In 1995 werden de eerste railbussen van de ZLSM geselecteerd in Augsburg, waar na de uitfasering van de railbussen door de DB een verzameldepot was gevestigd. Na de koop werden de railbussen op eigenkracht overgebracht naar Herzogenrath, waarbij ZLSM personeel de railbussen zelf bestuurde onder leiding van een DB machinist.
Er zijn verschillende types railbussen ( Schienenbus ) geweest, de ZLSM beschikt over de ‘krachtigste’ variant, de VT 798 waarbij iedere as haar eigen 6 cilinder, 150 pk sterke Büssing U10 motor beschikt. Met de railbussen konden ook goederen wagens mee rijden, dit bespaarde een extra inzet van een diesellocomotief! De ZLSM was langere tijd aan het zoeken naar een railbus, mede doordat deze in het verleden op de dienst Aken – Simpelveld – Valkenburg – Maastricht zijn ingezet, en dus op het tracé van de ZLSM thuis horen. Deze motorwagens beschikken over 56 zitplaatsen en 38 staanplaatsen. De motorwagen wordt ingezet met bijwagen 998-53 en stuurstand wagen 998-51.
Ze voldoen nu niet meer aan de eisen van de tijd wat betreft snelheid en comfort en ze zijn wegbezuinigd, vervangen door ‘light-rail’-treinen, Zoals bij de BOB in Beieren. Deze zijn met WC en ticket automaat.

Na de BOB treinen komt er nu een Britse “Railbus” voor de nevenlijnen. Groot-Brittannië laat een prototype lichte trein, om de in onbruik geraakte zijlijnen weer nieuw leven moet inblazen, ontwerpen. Het voertuig is een 21ste-eeuwse variant op de Railbus, maar zonder WC. Het voertuig wordt 18 meter lang en wordt aangedreven door een hybride dieselmotor van 3,8 liter. Men wil drie versie ontwerpen met een maximumsnelheid die tussen de 80 en 100 kilometer per uur ligt.
Het duurt minstens anderhalf jaar eer het eerste prototype klaar is, dat dan wordt getest op het netwerk van Norhern Rail. Daar zouden de treinen moeten gaan rijden op een opnieuw in gebruik te nemen spoorlijn naar Walsall. Hiervoor is ongeveer 30 miljoen pond nodig.  Hier een video animatie.

In allerlei varianten zijn in de spoorweghistorie deze lichte goedkope treinen ontwikkeld om rendabel vervoer te kunnen aanbieden op minder drukke baanvakken. De bekendste vertegenwoordigers van deze categorie zijn de West-Duitse “Schienenbus” (DB-type VT98), Baureihe_VT95 en het Oost-Duitse equivalent de “Ferkeltaxe” (DR-type VT2.09). De VT98 had een normaal stoot- en trekwerk en kon een paar personen- of goederenwagons trekken, de VT2.09 had automatische koppelingen.

De railbus heeft altijd van een grote belangstelling kunnen genieten. Niet alleen als groot spoor, ook als model trein. Toen Märklin in 1972 Z-Spoor op de markt bracht, was de blikvanger de Railbus in zo’n kleine schaal. Alle modelspoorfabrikanten brengen een railbus in vele varianten uit. Märklin brengt voor Kerst de zoveelste variant uit in de schaal 1:220. Bron van de Engelse Railbus: Very Light Rail Innovation Centre